Jungle is een oud Indisch spel, ook bekend als Jungle Schaken (maar gezien de grote verschillen met schaken is het niet onder de noemer Schaken geplaatst). Het wordt gespeeld op een 7x9 bord met 'water' velden (blauw), de 'holen' van beide spelers (zwart) en 'vallen' (magenta).
Beginopstelling en doel van het spel
Elke speler begint de partij met 8 stukken die 8 verschillende diersoorten voorstellen - olifant, leeuw, tijger, luipaard, hond, wolf, kat en muis (in volgorde van sterkte). De dieren hebben allemaal hun eigen beginposities:
Het doel van het spel is het hol van de tegenstander te veroveren of om alle dieren van de tegenstander te verslinden.
Zetten en slaan van de dieren
Alle stukken kunnen in principe één veld horizontaal of verticaal bewegen, naar een leeg veld of eventueel een veld dat bezet wordt door een dier van de tegenstander indien het mogelijk is om het te slaan (de gedetaileerde slagregels vindt u in de volgende sectie). De algemene regel voor het slaan is dat elk dier een dier van dezelfde sterkte of zwakker kan opeten (er zijn speciale regels voor de olifant en de muis, zie onder).
Olifant: De olifant is het sterkste dier en kan alle andere dieren slaan behalve de muis.
Leeuw: De leeuw kan (naast de normale zetten) over water springen. Dit betekent dat wanneer de leeuw naast een blauw veld (bijvoorbeeld B3) staat, en het corresponderende veld aan de overkant van het water (B7 in dit geval) is leeg of wordt bezet door een dier dat op het menu van de leeuw staat, de leeuw over het water kan springen. Er is een uitzondering - het is niet mogelijk om over het water te springen wanneer een muis (van de speler of van de tegenstander) het pad waarover gesprongen wordt blokkeert.
Tijger: De tijger kan op dezelfde manier springen als de leeuw. Verschillende mogelijkheden worden getoond in de volgende afbeelding:
In deze positie kan de witte leeuw een sprong maken van B3 naar B7, de witte tijger kan niet van A5 naar D5 springen omdat dit laatste veld bezet is door een sterkere vijand, de zwarte leeuw kan niet naar E3 springen (er is een muis op E4 die de sprong blokkeert) en de zwarte tijger kan naar D6 springen en daarbij de wolf van de tegenstander opeten.
Luipaard: De luipaard heeft geen extra zetten of mogelijkheden.
Hond: De hond heeft geen extra zetten of mogelijkheden.
Wolf: De wolf heeft geen extra zetten of mogelijkheden.
Kat: De kat heeft geen extra zetten of mogelijkheden.
Muis: De muis is het meest interessante dier in dit spel. Alhoewel het het kleinste en zwakste dier is, kan het een olifant doden (er bestaat een mythe dat een muis het oor van een olifant in kan kruipen om daarna zijn hersenen op te eten). De muis is ook het enige stuk dat door het water (blauwe velden) kan, en daarbij de sprongen van de leeuwen en tijgers kan blokkeren. Een muis in het water kan echter geen olifant van de tegenstander slaan door uit het water te springen, het moet eerst een andere zet doen om uit het water te komen. Een muis die uit het water springt kan alleen een andere muis opeten.
Het einde van de partij
De partij is afgelopen wanneer aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:
Een dier van de speler is het hol van de tegenstander (zwarte veld) binnengedrongen. Deze speler wint de partij.
Een speler kan geen geldige zet meer doen. Deze speler verliest de partij.
Andere belangrijke regels
Geen dier kan zijn eigen hol binnen gaan.
Een dier in een val (magenta velden) van de tegenstander kan door elk dier van de tegenstander opgegeten worden, zelfs door een muis.